zaterdag 14 oktober 2017

Een liberaal-theologische verdediging van het Nederlandse recht

Inleiding

Telkens als er een verschrikkelijke misdaad wordt gepleegd staat met name rechts Nederland op z’n achterste benen te eisen dat de dader nooit meer vrijkomt (als die dader al niet een gruwelijke marteldood moet sterven) en als het een recidivist betreft is de woede en onbegrip over ons rechtssysteem helemaal niet meer te peilen (‘welke idiote rechter heeft deze man ooit vrijgelaten?’). Al zal iedereen de emotie van woede begrijpen heeft rechts kennelijk veel moeite om de zaken rationeel in plaats van emotioneel te bekijken want ons rechtssysteem zit beslist rationeel, doordacht en deugdelijk in elkaar. Ik denk dat links hier gelijk heeft als het spreekt over de ‘onderbuikgevoelens’ van rechts. Sterker, rechts lijkt op het gebied van rechtspraak veel meer te neigen naar het islamitisch recht dan naar het christelijk-seculier recht, zodat het in die zin wonderlijk is dat juist rechts zo’n weerzin heeft tegen de islam. Maar het helpt niet om de rechtse geluiden alleen maar af te keuren: het is denk ik sowieso hoog tijd geworden dat het bestaande ‘softe’ rechtssysteem eens wordt uitgelegd en zelfs verdedigd welke taak ik hier op me neem (uiteraard op mijn – filosofische – manier die aldus heel wat dieper zal gaan dan de juridisch-politieke discussies die momenteel volop worden gevoerd). Daarbij zal ik overigens ook linkse opvattingen bekritiseren wanneer ik een draai maak van het recht naar de biologie (om van daaruit weer terug te keren naar het recht). Bovenal zal ik laten zien hoe het huidige, liberale rechtssysteem voortkomt uit onze joods-christelijk-humanistische traditie en waarom die traditie in ere moet worden gehouden met – jawel – als consequentie dat zelfs de ergste misdadigers een tweede kans verdienen.


Waarom het rechtssysteem rationeel moet zijn

Het is een oude opvatting dat de wet de uitdrukking is van de rede. Dat heeft ermee te maken dat de wet nooit over particuliere zaken of personen gaat maar altijd universele regels voor ‘abstracte’ gevallen bevat die, zo zou je kunnen zeggen, ontstaan door een platoonse opstijging van het concrete geval naar de universele Idee waarbij men zich ontdoet van het materiële hier en nu ten gunste van een abstractie als denkproduct. Dat maakt het recht wellicht ‘wereldvreemd’ en brengt in ieder geval de noodzaak van een rechter mee die het hem voorgelegde concrete geval moet toetsen – onderschikken – aan de wet en daarmee het geval (en de wet) moet interpreteren zodat ze weer bij elkaar worden gebracht. In het liberale systeem is de rechter ook onpartijdig waarmee de rechter ook zelf de redelijkheid vertegenwoordigt in een conflict waarin de partijen bijna per definitie door emoties worden gestuurd en uiteraard hun eigen belang voorop stellen. Dat maakt dat de rechtse retoriek ‘zou de rechter ook deze lage straf hebben gegeven als het slachtoffer zijn eigen dochter betrof?’ de plank misslaat: als het slachtoffer de dochter van de rechter zou zijn geweest, dan was hij van de zaak afgehaald omdat hij dan niet meer onpartijdig en zonder emotie zou kunnen oordelen!

Deze kritiek laat overigens wel zien dat het recht als opstijging naar het onpersoonlijke en onpartijdige per definitie een ‘linkse hobby’ is waarvan rechts alleen maar kan gruwen (zie voor dat fundamentele onderscheid tussen links en rechts http://gebandvanjoop.blogspot.nl/2016/04/de-relevantie-van-links-en-rechts-voor.html). Voor rechts is er slechts het persoonlijke zodat alles wordt benaderd vanuit de voorstelling “stel dat dit mijn kind/moeder zou zijn”. Voor rechts is er slechts vriend en vijand en kan er in wezen geen ruimte voor een onpartijdige rechter zijn: in het strafrecht identificeert rechts zich simpelweg met het slachtoffer (de vriend) en dient de dader (de vijand) in het extreemste geval te worden vernietigd. Uiteindelijk resulteert dit rechtse strikt partijdige en emotionele denken in het gunstigste geval in barbarij zoals het joods-islamitische beginsel van ‘oog om oog, tand om tand’ dat ten heden dage met name het islamitische recht, de sharia, kenmerkt. In het ergste geval resulteert het in bloedvetes en een escalatie van geweld of in een onderdrukkende, totalitaire Staat die haar bevolking terroriseert met wrede straffen. Dat wil zeggen: het Westen heeft grotendeels afstand genomen van het ‘oog om oog’-beginsel op grond van het christelijke tegenargument dat kwaad niet met kwaad moet worden vergolden, maar dat vrede en menselijkheid een verzoening vereisen tussen dader en slachtoffer/samenleving welke taak aan de onpartijdige en in wezen bemiddelende rechter is gegeven die de belangen van beide partijen in ogenschouw neemt om die verzoening tot stand te brengen.

Overigens, in dat theater van de rechtspraak wordt ook altijd de rol van de advocaat bekritiseerd (‘hoe kun je een misdadiger verdedigen?’), maar zijn rol als ‘advocaat van de duivel’ is noodzakelijk in elke beschaving: elke beschaving geeft aan degene die wordt beschuldigd het recht zich tegen die beschuldiging te verdedigen en omdat de aanklager juridisch is geschoold en dus weet hoe het spel wordt gespeeld, vereist een eerlijk rechtsproces dat de aangeklaagde juridische bijstand krijgt. Zo’n advocaat is niets anders dan het juridische verlengstuk van de verdachte en diens belangen. Er is niets onethisch aan de rol van de advocaat, tenzij je vindt dat een verdachte zich niet (juridisch adequaat) mag verweren tegen beschuldigingen hetgeen dictaturen en zeker geen beschaafde landen kenmerkt.


Waarom iedere dader een tweede kans moet krijgen

De meeste kritiek richt zich echter altijd op het gegeven dat het Nederlands recht is gebaseerd op de opvatting dat iedereen een tweede kans verdient en dus vroeg of laat mag terugkeren naar de samenleving (tenzij de veroordeelde een TBS-maatregel heeft gekregen en de TBS-kliniek oordeelt dat de stoornis nog aanwezig is en de patiënt dus nog steeds gevaarlijk is). Mensen die een gruweldaad plegen zouden nooit meer vrij mogen komen. Ik denk echter dat die tweede kans niet alleen fundamenteel is voor het recht maar voor onze ‘joods-christelijk-humanistische’ cultuur überhaupt. Mijns inziens moeten we voor haar oorsprong naar Plato die betoogde (waarbij later Descartes als de grondlegger van de moderne filosofie de argumenten in wezen herhaalde) dat de ziel – gekluisterd aan het lichaam – als het ware naar buiten is gericht maar de waarheid en het goede slechts kan vinden door zich als het ware radicaal te keren naar binnen toe waar de ziel zicht heeft op de Ideeën. Het christendom heeft dit overgenomen met een puur morele vertaling: de mens is (na de zondeval) geneigd tot het kwade maar hij kan een radicaal besluit nemen om niet langer ‘in het vlees’ maar ‘in de geest’ te leven. De mens kan ‘herboren’ of letterlijk ‘bekeerd’ (waarin letterlijk de notie van ‘keren’/ ‘draaien’ zit) worden. Weliswaar is hij dan nog niet automatisch een heilige en blijft hij ontvankelijk voor verleidingen, zoals bij Plato stervelingen bij de opstijging naar de wereld der Ideeën hooguit een moment lang de Waarheid kunnen bereiken om dan weer omlaag te storten vanwege de kluistering aan het lichaam, maar de mens kan ervoor kiezen zijn blik op het goede in plaats van op het slechte te richten (zoals in de filosofie de wijze zijn blik omhoog naar de Waarheid heeft gericht). Ook al is de mens niet in staat tot goddelijke perfectie, hij kan wel uit goede intenties proberen te handelen.

Dit alles is niet zomaar een oude en wellicht achterhaalde visie: in wezen is het vermogen onze blik 180 graden te draaien van buiten c.q. het slechte naar binnen c.q. het goede een uitdrukking van onze vrijheid. De mens is geen dier dat niet anders kan dan zijn dierlijke en egoïstische impulsen volgen: de mens heeft rede waarmee het kan abstraheren van zijn concrete bestaan en waarmee hij zichzelf aan morele regels kan onderwerpen. En vanwege die vrijheid kan zelfs een misdadiger zijn leven beteren. Moraal en dus verantwoordelijkheid en dus strafwaardigheid vereist de premisse van vrijheid. Als iemand moet worden bestraft omdat hij in vrijheid een foute keuze heeft gemaakt dan moet hij ook worden geacht in diezelfde vrijheid het goede te kunnen kiezen (en als hij niet in vrijheid heeft gehandeld maar vanuit een stoornis ertoe is gedwongen dan verdient hij geen straf maar (TBS-)behandeling).

De bedoeling van gevangenisstraf is niet alleen het weghalen van de dader uit de samenleving bij wijze van bescherming van de samenleving tegen de misdadiger maar ook als zuiverende straf voor de dader (zoals het katholicisme en de islam menen dat de mens na zijn dood in de hel moet branden voor zijn zonden alvorens gezuiverd de hemel te betreden). Het is de bedoeling dat de straf de prikkel vormt voor de zondaar om zijn ziel op platoonse wijze te draaien van het slechte naar het goede door middel van berouw waarna een verzoening met de samenleving weer mogelijk is.

Het lijkt erop dat veel mensen niet meer geloven in de vrijheid van de mens dus in de mogelijkheid dat een misdadiger zijn leven betert: ‘eens een dief, altijd een dief’ lijkt het motto te zijn op grond waarvan de massa vindt dat zware misdadigers nooit meer vrij mogen komen. Mogelijk speelt hier het leeglopen van de kerk een rol, maar zeer zeker ook het falen van het gevangenissysteem voor een groep misdadigers die zich bij wijze van groep al bij voorbaat van de samenleving hebben gekeerd waardoor ze de verwijdering uit de (grotere) samenleving niet meer als straf en dus prikkel tot het goede ervaren. Zo geldt voor veel Marokkaanse straatschoffies, motorclubs en andere criminele bendes dat je juist in de gevangenis moet hebben gezeten om volledig geaccepteerd te worden in de groep waartoe je wilt behoren, zodat insluiting uitsluiting impliceert. Het traditionele rechtssysteem heeft zo geen enkel effect op dergelijke bendeleden en Spekman (PvdA) heeft gelijk dat je bij deze groepen andere manieren moet vinden om ze te vernederen, althans een straf echt als straf te laten ervaren, die wel een prikkel tot gedragsvorming kunnen vormen.

Het geloof dat de mens vrij is en dus zijn leven kan beteren c.q. met een schone lei opnieuw mag beginnen wordt ook wetenschappelijk ondermijnd door enerzijds de neurologie (zoals bij Swaab: “de vrije wil bestaat niet”) en anderzijds het voorspellen van menselijk gedrag door middel van het verzamelen van data en gedragspatronen door bedrijven als Google. De samenleving lijkt zo rijp gemaakt te worden voor een geheel nieuw rechtssysteem dat echter weinig met recht te maken heeft maar alles met op wetenschap en data gebaseerde efficiëntie: door middel van testen en programma’s wordt van iedereen constant risicoprofielen opgemaakt en degenen met een verhoogd risicoprofiel (dus een profiel dat een hoger dan gemiddeld risico op asociaal of crimineel gedrag) worden preventief uit de samenleving verwijderd. Immers, er is veel kritiek op het fundamenteel joods-christelijk-humanistisch idee van een tweede kans, dat is gebaseerd op het ‘achterhaalde’ idee dat de mens vrij zou zijn, maar waarom zou je sommige mensen zelfs maar een eerste kans geven? Uiteindelijk is het in deze utilitaristische benadering allemaal slechts een kwestie van koele berekening en dat rechtse mensen nu nog slechts ageren tegen het vrij laten rondlopen van mensen die al eens zijn veroordeeld komt door hun naïeve idee dat alleen als iemand een misstap heeft begaan duidelijk is dat zo iemand een gevaar voor de samenleving kan zijn terwijl de wetenschap al veel verder is – of binnenkort zal zijn – en in beginsel de mensen kan aanwijzen met een verhoogd risico voordat die mensen een eerste misstap hebben gemaakt.

Het anti-joods-christelijk-humanistische van deze opstelling c.q. toekomst is dat we de toekomst niet kunnen voorspellen en we iemand niet zouden moeten vastzetten voor een misdaad die hij mogelijk gaat plegen maar nog niet gepleegd heeft en misschien ook nooit zou gaan plegen. Wat de toekomst betreft moeten we ons verlaten op kansrekening die de desbetreffende persoon onrecht kan doen als we hem gaan afrekenen op de statistieken. Ook iemand die een (zwaar) misdrijf pleegt kan daarna een braaf burger worden. De cijfers zijn bekend: zedendelinquenten die niet worden behandeld hebben meer dan 50% kans opnieuw een zedenmisdrijf te plegen en zij die wel worden behandeld een kans van 20%. Maar wat maakt dat verschil eigenlijk uit: de massa wil een recidivekans van 0% (nooit meer een nieuwe Anne Faber!) zodat geen enkele zedendelinquent mag vrijkomen. Maar om 0% verkrachtingen te realiseren zal men minstens alle mannen voor de rest van hun leven moeten opsluiten, want geen enkele man heeft een kans van 0% dat hij ooit een vrouw zal verkrachten. De andere kant van de medaille is echter dat zelfs van de zedendelinquenten die niet worden behandeld bijna de helft niet een nieuw zedenmisdrijf pleegt (althans niet wordt gepakt) zodat men die onrechtvaardig levenslang zou geven.

Het is dus niet zo dat de rechter die een misdadiger vrijlaat (al dan niet automatisch na een bepaald aantal jaren) het belang van de dader hoger acht dan die van de samenleving en die samenleving als een proeftuin ziet, zoals men aldoor hoort: iemand vasthouden voor een misdaad die hij in de toekomst zou kunnen plegen is simpelweg in strijd met het rechtsfundament dat je iemand slechts straft voor wat hij heeft gedaan en niet voor wat hij misschien nog eens gaat doen. Als we dit rechtsfundament zouden schrappen, dan zouden we direct in een totalitaire Staat belanden waarin de Staat in wezen willekeurig de helft van de bevolking voor de rest van hun leven preventief kan vastzetten (al vrees ik dat dat wel de toekomst wordt zoals uitgebeeld in de science fiction-film Minority Report). En gesproken over ‘fouten’ van het rechtssysteem waar nu zo opgewonden over wordt gesproken: het vergt niet veel voorstellingsvermogen om in te zien dat dit nieuwe systeem veel gevoeliger voor fouten en misbruik zal blijken te zijn als het huidige rechtssysteem.

Zoals al is betoogd is het overigens wel de bedoeling dat gedetineerden door middel van hun straf weer op het rechte pad worden gezet – door middel van de platoonse inkering door middel van berouw – en dus bij vrijlating geen bedreiging meer vormen voor de samenleving. Het praktische probleem is echter dat we niet in iemands hoofd kunnen kijken en dus niet kunnen vaststellen of iemand werkelijk berouw heeft of van zijn fouten of straf heeft geleerd en dus zijn leven zal beteren. Gedrag kunnen we observeren maar naar de intenties erachter kunnen we slechts raden. Zelfs in een TBS-omgeving blijken veroordeelden regelmatig de psychologen die hen observeren en behandelen te kunnen misleiden. Wat dat betreft blijft het altijd een gok om iemand weer vrij te laten. En nogmaals, als we geen gok willen nemen dan moeten we iedereen preventief isoleren want iedereen kan op een kwade dag opeens een misdaad plegen.

Wat je misschien daarom ook wel hoort is dat zware misdadigers – moordenaars en verkrachters – sowieso nooit meer vrij dienen te komen: levenslang of de doodstraf zou dan de passende straf zijn voor een zwaar vergrijp (want dan heb je geen last van het voorgaande probleem dat je de toekomst niet kunt voorspellen). Maar dit is in strijd met een ander joods-christelijk-humanistisch beginsel: de absolute waarde van het individu. Ongeacht wat een persoon heeft misdaan, hij kan nooit zijn respectwaardigheid als mens verliezen en als afval c.q. een ding worden weggegooid of geëlimineerd. En als mens verdient hij een kans tot inkeer c.q. berouw en hereniging met de samenleving. Weliswaar zal het slachtoffer of de nabestaanden daar vanuit hun verdriet en woede anders over kunnen denken, maar precies daarom hebben we de onpartijdige rechter die niet vanuit die emoties oordeelt maar voor de taak staat zowel aan de eis van de samenleving en slachtoffer om vergelding/straf als aan de menswaardigheid van de dader tegemoet te komen en te betrekken bij zijn vonnis. De rechter waarborgt zo de beschaving waarin we een mens wel op zijn vrijheid en dus verantwoordelijkheid aanspreken en dus straffen na een gepleegd misdrijf maar die mens tegelijk – om precies dezelfde reden! – nooit zijn menselijkheid ontnemen.

Uiteindelijk is de vraag waarom het rechtssysteem toestaat dat criminelen kunnen toeslaan en zelfs een tweede keer omdat elke misdadiger ook nog een tweede kans krijgt, de vraag naar het theodicee: hoe is het mogelijk dat de goede en oppermachtige God kwade zaken laat gebeuren? Het theologische antwoord van bv. Leibniz is dat God ervoor heeft gekozen om de mens het hoogste goed van vrijheid te geven om aldus de beste wereld tot stand te brengen. Die vrijheid kan weliswaar door de mens worden misbruikt om kwaad te doen en als dat gebeurt moet er een straf volgen, maar deze wereld waarin kwaad kan geschieden is beter dan een wereld waarin God de mens geen vrijheid zou hebben gegeven opdat de mens geen kwaad kan doen. Vrijheid voor iedereen is een hoger goed dan dat het kwaad dat er door sommigen mee wordt gedaan een groot kwaad is. En diezelfde theodicee is van toepassing op het rechtssysteem en de Staat als onze seculiere God: een samenleving waarin de Staat ons allen vrij laat zijn, met misdaad als negatief bijverschijnsel, is een betere samenleving dan die zonder vrijheid waarin de Staat iedereen preventief bewaakt of opsluit of na een eerste misstap direct elimineert.


Biologie

Na de schok van de gruweldaden van Michael P., die thans wordt verdacht van de moord op Anne Faber, kwam nog de kleinere naschok dat de forensisch psychiatrische instelling waar hij werd voorbereid op terugkeer naar de samenleving voor hem – in de woorden van de Telegraaf – een ‘sekswalhalla’ zou zijn geweest waarbij hij zelfs een vrouw in de instelling zwanger zou hebben gemaakt. Nu kan ik me dergelijke berichten herinneren bij eigenlijk alle meedogenloze moordenaars en verkrachters: veel vrouwen in hun omgeving vallen voor hun charmes, zelfs als zo’n vrouw ‘beter’ zou moeten weten omdat de vrouw een ‘professional’ is die nota bene weet wat de man op z’n kerfstok heeft. Om te beginnen laat dit zien dat deze zware misdadigers geen ‘losers’ zijn die geen vrouw kunnen krijgen en dus uit seksuele frustratie vrouwen pakken. Psychologen c.q. linkse mensen zeggen daarom graag dat een verkrachting niet over seks maar over macht gaat, hetgeen echter niet de juiste conclusie is. Ik denk namelijk dat deze mannen wel degelijk vanuit een seksuele impuls handelen (waarbij seks zelf wel een machtscomponent bevat), maar mede omdat zij zo succesvol zijn bij vrouwen het niet kunnen accepteren dat er ook vrouwen zijn die hen afwijzen. En dat verklaart weer waarom de meeste vrouwen in hun omgeving verliefd worden en geen weerstand kunnen bieden aan deze roofdieren: dit zijn mannen die pakken wat ze willen hebben, welke karakterinstelling vrouwen juist bijzonder aantrekkelijk vinden in een man (zodat de lijn tussen vrijwillig en verkrachting in de praktijk erg dun kan zijn). Overigens, psychologen zullen een andere verklaring geven, namelijk dat deze gewelddadige mannen psychopaten zijn en het een kenmerk van psychopaten is dat zij heel goed anderen kunnen manipuleren en dus ook heel goed vrouwen kunnen misleiden en dus versieren. Maar volgens mij is dat opnieuw onjuist: ik denk dat deze mannen niet eens hoeven te versieren of te manipuleren maar dat de meeste vrouwen in hun omgeving zich sowieso seksueel aan hen aanbieden. Immers, het is bekend dat een man als Dutroux duizenden liefdesbrieven van wildvreemde vrouwen krijgt waar hij nooit enig contact mee heeft gehad zodat hij die niet eens heeft kunnen manipuleren.

Misschien nog wel meer dan mannen lijken vrouwen puur uit instinct te handelen als het om seks gaat. En dat instinct is bij nagenoeg alle diersoorten hetzelfde en het zou a priori al om die reden onbegrijpelijk zijn als de mens een uitzondering zou zijn: de vrouw kiest het (meest) dominante mannetje omdat het in de biologie nu eenmaal om succesvol voortplanten gaat en een vrouwtje de meeste kans heeft dat haar kinderen overleven als ze een man naast zich heeft die ‘zijn mannetje staat’, dus voor de duvel niet bang is, elk gevaar trotseert en alle andere mannen bij zijn wijfje en kroost kan wegjagen. Sterker nog, bij onder andere leeuwen en chimpansees (en wij mensen zijn zeker sterk verwant aan chimpansees) doodt het mannetje, dat de strijd met de andere mannetjes om wie de vrouwtjes krijgt en zich dus kan voortplanten, zelfs de kinderen van de veroverde vrouwtjes zodat het vrouwtje weer vruchtbaar wordt en hij zijn kinderen in de plaats kan stellen van de (door hem) gedode kinderen die de vrouw van een andere man had (waarbij de chimpansee evolutionair zelfs steeds meer zaad is gaan produceren om die van z’n concurrenten letterlijk weg te kunnen spoelen en zo zelfs tot in de vagina vlak voor de bevruchting een strijd met andere mannetjes voert om zich te kunnen voortplanten). Het lijkt onbestaanbaar dat de vrouwen willen paren met nota bene de man die haar kinderen heeft gedood (zoals we het ook onbestaanbaar achten dat een vrouw valt op een Dutroux of Michael P.), maar in de praktijk willen chimpanseevrouwen juist paren met de man die haar kinderen heeft gedood omdat die man op dat moment de sterkste blijkt te zijn en dus het beste zaad heeft en het best het gezin (zijn eigen kinderen) kan beschermen (hetgeen de vorige man dus niet is gelukt omdat zijn kinderen zijn gedood door de nieuwe man). Ik vraag me dan ook af of dit oerinstinct niet ook bij de mens nog altijd bestaat en dus de reden vormt dat ook bij de mens vrouwen erg vaak juist gewelddadige psychopaten seksueel onweerstaanbaar vinden.


Conclusie

Met het bovenstaande biologisch aanhangsel dwaal ik een beetje af maar ik keer er ook mee terug naar het begin van mijn betoog: er is de machtige biologie van (onbewuste) driften en emoties – van woede over een psychopaat die wordt vrijgelaten tot een zekere seksuele aantrekkingskracht van psychopaten op vrouwen – maar ik heb proberen te laten zien dat onder meer Plato en het christendom ons tot een rechtssysteem hebben gevoerd die die biologie juist probeert te overstijgen, hetgeen we ‘beschaving’ noemen. Meer in het bijzonder is de weerstand tegen de ‘softheid’ van het Nederlands recht, waarbij ook de belangen van de verdachte c.q. dader in acht worden genomen en de veroordeelde zelfs een tweede kans krijgt, een gevaarlijke ontkenning van de menselijkheid en vrijheid van de mens alsmede een gevaarlijke ondermijning van onze vrede en beschaving.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten