1) De biologie is een nepwetenschap in de zin dat de biologie alleen maar de menselijke cultuur kan ontdekken in plaats van de biologische werkelijkheid. Onder meer Hannah Arendt verklaart het succes van de moderne wetenschap doordat deze is gebaseerd op scepticisme zodat de moderne wetenschap niet meer de werkelijkheid maar slechts de menselijke geest zelf beschrijft (zoals we bij Descartes alleen maar zeker kunnen zijn van onszelf en onze ideeën, hetgeen ook leidde tot Kants onkenbare Ding-an-sich). In de woorden van de natuurkundige Heisenberg die in dat verband door Arendt wordt geciteerd: “das wir gewissermassen immer nur uns selbst begegnen”. Kortom, de wetenschapper zoekt de buitenwereld maar vindt alleen zichzelf. In een meer politieke variant zien we dit terug bij een feministe als Simone van Saarloos (http://www.nrc.nl/simone/2015/05/29/niet-dat-ik-fel-voor-vreemdgaan-ben/): de bioloog ontkomt er niet aan als het ware een culturele bril te dragen, zodat alles wat hij meent te vinden uiteindelijk meer over zijn cultuur dan over zijn biologisch object zegt. Zoals de uitspraak “de wereld is roze” van iemand die een roze bril draagt meer zegt over zijn bril dan over de wereld, zo zegt de bewering van de bioloog dat man en vrouw fundamenteel ongelijk zijn meer over de cultuur waarin die bioloog is opgegroeid dan over de echte biologische man en vrouw. Het politieke aspect zit ‘m erin dat die cultuur dan uiteraard vrouwonderdrukkend is: de (mannelijke) bioloog ‘vindt’ alleen maar ongelijkheid om zo de vrouw te kunnen onderdrukken. En dit verklaart ook waarom feministen juist de gelijkheid propageren: die dient het politieke doel om de vrouw uit haar ondergeschikte positie te bevrijden. Zo is uiteindelijk alle wetenschap, alle biologie, een kwestie van politiek…
2) De biologie is geen nepwetenschap maar beschrijft louter de natuur – het lichamelijke – en is niet van toepassing op de mens, omdat de mens niet zijn lichaam is: de mens is – gelijk God – geest en maakt slechts deel uit van de natuur voor zover hij een lichaam heeft (zoals onder meer Plato en opnieuw Descartes betoogden). Het kan dus wel zo zijn dat dat menselijk lichaam wezenlijk identiek is aan het lichaam van andere dieren (een boeiend biologisch inzicht is dat al het leven op Aarde – van Salmonellabacterieën tot olifanten en mensen – biologisch qua samenstelling en functionaliteiten fundamenteel identiek is en dus van één en dezelfde oerbacterie moet afstammen), inclusief daarbij het biologisch fundamentele verschil tussen man en vrouw, maar uiteindelijk zegt dat niets over de mens die immers geest is en zijn lichaam aan zijn geest kan onderwerpen. De mens neemt dan binnen de kosmos een unieke positie in: dieren worden bepaald door hun biologie, maar de mens wordt bepaald door zijn cultuur (geest) in plaats van zijn biologie (lichaam). Daarom negeren feministen terecht alle biologie als het over de mens gaat. Hierover ging mijn voorgaande artikel http://gebandvanjoop.blogspot.nl/2015/06/over-biologie-als-tautologie-en-het.html.
Ik ben benieuwd of ik het in mijn leven nog mag meemaken dat een feministe hier nu een duidelijke keuze tussen durft te maken en daarmee een duidelijke positie ten opzichte van de biologie durft in te nemen. Want de bibliotheken vol biologische kennis simpelweg negeren omdat die niet in het eigen, politieke straatje passen, is geen geloofwaardige en daarmee houdbare positie alsmede een intellectuele feministe onwaardig.
Deze is makkelijk: mannen en vrouwen zijn niet gelijk, maar gelijkwaardig. Voor beiden is de ander onontbeerlijk om compleet te zijn, echter alles valt of staat met die ongelijkheid, het verschil is noodzakelijk. Maar er zit in dat verschil geen waardeoordeel.
BeantwoordenVerwijderenIedereen weet dat vrouwen biologisch gezien deel een klein beetje beter in elkaar zitten, hogere pijngrens, langere levensduur maar die voordelen worden weer teniet gedaan door een vreemd gevoel voor logica en technisch inzicht. Iemand die echt verstand heeft gaat dus helemaal NOOIT in discussie met een feministe, heeft ook helemaal geen zin. Je wint het toch niet en niemand wordt er door overtuigd.